In 1345 gebeurde er in het Middeleeuws Amsterdam iets heel wonderlijks.... dat zou bekend komen te staan als het Mirakel van Amsterdam.
Wat gebeurde er? Op de Kalverstraat woonde een man die doodziek was. Hij kreeg, volgens katholiek gebruik de laatste sacramenten toegediend. De hostie die hij gekregen had, braakte hij uit. Het braaksel werd in het vuur gegooid, maar de hostie bleef ongedeerd. Dit gebeurde in totaal drie keer. Voor de katholieke kerk het teken dat hier toch echt wel sprake was van een heus wonder!

Dat veranderde allemaal in 1578. Tijdens de Alteratie werd Amsterdam een protestantse stad. Katholieken mochten hun geloof nog wel uitoefenen, maar niet in het openbaar. Dat gold trouwens voor alle geloven; alles mocht, maar niet in het openbaar. Die relatieve godsdienstvrijheid zou later onder andere veel joodse mensen uit het zuiden en oosten naar de stad trekken. Het was dus afgelopen met de processies en met Amsterdam als bedevaartsplaats. Pas eeuwen later zouden de katholieken pas weer in het openbaar hun geloof mogen uiten. De Stille Omgang, die nog elk jaar in maart gelopen wordt, herinnert nog altijd aan het Mirakel van Amsterdam en aan de periode waarin dit in stilte herdacht moest worden. De Mirakelkerk staat er allang niet meer. Een aantal voorwerpen ervan liggen in musea en op het Rokin is een zuil geplaatst met stenen uit de kerk. Aan de Kalverstraat herinnert een enkele nis, hoog boven straatniveau, nog aan wat hier ooit stond. Volgens populair bijgeloof is de plek van de voormalige kerk vervloekt en is dat de reden dat er al een paar keer een flinke brand is geweest in de panden die daar staan.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten